Hongarije-vakantie, 25 juli tot 12 augustus 2005
Auteur: Jacob Poortstra
Voor meer vogelfoto's: klik HIER
Onze zomervakantie 2005 was in Hongarije. Voor ons een totaal onbekende bestemming. Hongarije heeft als nationaal symbool de Grote trap, een vogelsoort die op de puszta leeft. Helaas hebben we die niet gezien. Wel veel andere vogelsoorten. De heenreis ging vanuit Groningen naar Praag, waar we een dag hebben rondgekeken.
Daarna van Praag naar Vajta, naar camping, Aucost. Deze camping ligt tegen het dorp Vajta aan en ligt in een landelijk gebied met velden vol zonnebloemen, meloenen , granen en mais. Of ze dat nu anno 2014 nog ligt weet ik niet. Destijds was het in elk geval een perfecte plek om een tijd te verblijven.
Op en vanaf de camping is het goed vogelen en de camping zelf is prima en gezellig. De gastvrije eigenaren Hans en Liesbeth kunnen je veel informatie geven over vogelgebieden in de omgeving. Op en rond de camping kun je zonder moeite bijeneter, grauwe klauwier, zwarte roodstaart, wielewaal, ringmus en zomertortel zien. Ook zagen we een vrouwtje witrugspecht. Verder komt de syrische bonte specht er voor, maar die heb ik helaas niet gezien. Kwartels hoor je overal roepen in de graanvelden.
In de directe omgeving van de camping
liggen een paar leuke natuurgebieden, zoals Lato Hegy (o.a. duinpieper, hop,
grauwe klauwier, kwartel, bijeneter, geelgors), Reti Major (een visvijvergebied op 15 minuten
rijden met de auto) met o.a. zwarte ooievaar, kwak, grote en kleine zilverreiger,
woudaap, witoogeend, geelpootmeeuw, steltkluut, witgat, kluut, kleine bonte
specht, wielewaal, ijsvogel, purperreiger). De kwak zat hier bij tientallen,
verstopt in wilgenbomen langs het water en opvliegend als je er langs liep.
Verder heb je nog Kistape, waar een bijeneterkolonie zit en iets
verder een nat rietgebied, met onder andere buidelmees, purperreiger, kleine en grote
karekiet).
Klik op de foto als je de foto groter wilt zien
Op ruim een uur rijden vind je het Kiskunsagii Nemzeti Park, met als belangrijkste soorten roodpootvalk, kleine klapekster, bijeneter, boomvalk en scharrelaar.
Het was tijdens ons verblijf heel erg warm (dagelijks 32 tot 35 graden) en dat komt het digiscopen niet ten goede, omdat er heel veel warmtetrilling in de lucht zit, die door de telescoop wordt meevergroot en dus op de foto's is te zien. De foto's zijn dus soms wat vaag. Ook viel me op dat veel vogelsoorten uitermate schuw waren en zich moelijk lieten benaderen. Dit zal ongetwijfeld te maken hebben met het feit dat er in Hongarije op grote schaal wordt gejaagd. Overal zie je - verhoogde - jachthutten. Deze zijn overigens ook goed te gebruiken om in te klimmen om met je telescoop goed om je heen te kunnen kijken. In de bossen vind je zonder veel moeite wroetsporen van wilde zwijnen.
![]() |
![]() |
Grauwe gors, te vinden in de buurt van graanvelden op telefoondraden en in bosjes | Grauwe gors, Kiskunsagi Nationaal Park,
Hongarije, augustus 2005 |
![]() |
![]() |
Grauwe gors op de rand van akkerland
en de puszta in Hongarije |
Waterput voor het vee op de puszta, een karakteristiek element in het Hongaarse landschap |
De Puzta
Na ons verblijf in Vajta zijn we naar Tiszafured gereisd, in de omgeving van het Hortobagy Nationaal Park. Hier huist een populatie Grote trap, maar augustus is niet de beste maand om deze soort te vinden. Het is me dus niet gelukt. Wel vind je hier overal kleine klapekster, scharrelaar, roodpootvalk en grauwe gors.
De visvijvers van Halasto zijn goed voor kwak, ralreiger, dwergaalscholver, witwangstern, zwarte stern, purperreiger, grote zilverreiger, buidelmees, baardman, rietgors, bruine kiekendief en veel steltlopers, zoals wulp, grutto, zwarte ruiter, bosruiter en kemphaan.
Bij Nagiyvan zag ik op de puszta een slangenarend en rond het Tiszameer 2 keer een adulte zeearend. Verder zie je op de puszta zowel kuifleeuwerik als veldleeuwerik. In vrijwel elk dorp staan een of meer palen met daarop een ooievaarsnest.
De heuvels
Aan het eind van onze reis zijn we nog naar de Bükk heuvels gereisd, waar we verbleven op (natuur)camping Farm Lator, bij Saly. Deze camping ligt aan de voet van de heuvels en je kunt hier goed wandelen. De eigenaren Rob en Barbara lenen je een informatiesetje met o.a. een kaart van de heuvels met daarop (zeer goed gemarkeerde) wandelroutes. Heel goed voor spechten vond ik de prachtige oude beuken- en eikenbossen, maar ook rond de begraafplaats van Saly zaten talloze spechtensoorten.
De klapper hier was een overvliegende keizerarend. Verder veel spechtensoorten gezien en gehoord: groene, zwarte, middelste bonte, grote bonte, kleine bonte en witrugspecht. Daarnaast raaf, bijeneter, zwarte roodstaart, bosuil. Het schijnt dat de Zemplen-heuvels verder naar het oosten van Hongarije nog beter zijn voor roofvogels, maar daar hadden we geen tijd meer voor.